Historie
De geschiedenis van de dollar in Noord-Amerika dateert van voor de Amerikaanse onafhankelijkheid. Het begon allemaal met de uitgifte van de vroege Amerikaanse munt genaamd de Colonial scrip, de uitgifte van munt was gelijk aan de goederen en diensten in de economie.
Zelfs voor de Onafhankelijkheidsverklaring, had het Continentale Congres toestemming gegeven voor de uitgifte van de valuta in dollar munten, omdat de term ‘dollar’ al in gemeenschappelijk gebruik was met betrekking tot de koloniale Spaanse dollar. De dollar werd goedgekeurd door het Congres in een grotendeels symbolische resolutie op 8 augustus 1785.
Het woord dollar is afgeleid van het Nedersaksisch verwant van de Hoogduitse Thaler, een afkorting van Joachimsthaler. zo genoemd omdat het werd geslagen van in 1519 met gebruik van zilver uit een mijn die in 1516 geopend werd in de buurt van Joachimstal, een stad in het Ertsgebergte in het noordwesten van Bohemen.
In 1834 veranderde de verhouding van zilver tot goud van een 15:1 naar een 16:1 verhouding, dit ontstond door het verminderen van het gewicht van het goud van de natie munt. Hierdoor ontstond een nieuwe Amerikaanse dollar die vertegenwoordigd werd door 1,50 g (23,22 korrels) goud. Echter, de eerdere dollar was vertegenwoordigd door 1,60 g (24,75 korrels) van goud. Het resultaat van deze herwaardering, was de allereerste devaluatie van de Amerikaanse dollar, de waarde in goud van de dollar daalde met 6%.
De federale overheid begon de uitgifte van betaalmiddelen dat werd ondersteund door de Spaanse dollars tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog. Omdat toen de foto technologie nog geen kleur kon reproduceren werd besloten de achterkant van de biljetten in een kleur te printen. Omdat de kleur groen werd gezien als een symbool van stabiliteit werd de kleur groen geselecteerd. Deze biljetten werden bekend als de “groene kragen” en de traditie van het afdrukken van een groene achterkant van de biljetten was een feit.